Narcisme en leiderschap

Vanuit een epicuristisch standpunt is leiderschap ervoor om het ongemak van mensen te verminderen. In de praktijk betekent dit dat een chef binnen een bedrijf ervoor zorgt dat de groep aan wie hij of zij leiding geeft doet wat hij of zij geacht wordt te doen en dat de groepsleden zich daarbij zoveel als mogelijk is goed voelen. Maar er is altijd de vraag of dat wat een groep geacht wordt te doen - binnen een bedrijf of andere omgeving – een taak is die altijd tot het verminderen van ongemak leidt. Denk aan de productie van pannen met antiaanbaklagen: aanvankelijk gemakbevorderend, maar nu eigenlijk voor vele mensen levensbedreigend.

Leiderschap en narcisme zijn nauw met elkaar verbonden. Binnen een epicuristisch denkraam kan narcisme worden gezien als een poging tot overleven. Dit laatste is te zien als dié activiteit, die het voortbestaan van een natuurverschijnsel als zelfsturende organisatie van deeltjes, bevordert. Bij mensen, als natuurverschijnselen met bewustzijn, is die zelforganisatie nauw verweven met de wisselwerkingen met andere personen. In de praktijk zeggen we dan onder meer dat iemand anderen voor zichzelf gebruikt, of dat iemand opvallend met zijn/haar uiterlijke verschijning bezig is, of dat mensen uitsluitend met zichzelf bezig zijn. Narcisme is daarmee gestoeld op een fundamentele angst: angst voor het verlies van (zelf-)organisatie, angst voor desintegratie en daarmee (vermeende) betekenisloosheid in het (samen)leven. Het vermijden van desintegratie en betekenisloosheid ligt aan de basis van het leven van individuele mensen met anderen. De ander geeft je betekenis en wanneer dat wegvalt is een vorm van kunnen overleven weggevallen.

Een heel belangrijke overlevingsstrategie van narcistische mensen is de omgeving op dié manier manipuleren dat de kans op betekenisverlies, desintegratie minimaal is. Wanneer de narcistische overlevingsreflex gestoeld is op bijvoorbeeld levensbedreigende ervaringen in de vroege jeugd of en/of op vormen van defecten binnen het brein dan kan die zich openbaren in onder meer (levens-)delicten of uiteindelijk - naar en hinderlijk – manipulerend gedrag.

 

Er zijn leiders die gebukt gaan onder hevige angsten voor verlies van betekenis. Hun levens zijn dikwijls gekenmerkt door allerlei pogingen hieraan het hoofd te bieden. In de praktijk vinden we iemand bijvoorbeeld een carrièreman of -vrouw of zeer eerzuchtig. Er is dikwijls een grote behoefte aan complimenten, aan applaus. Wanneer deze mensen leider worden binnen de een of andere organisatie dan staat hun leiderschap meer in dienst van zelfbehoud dan in dienst van het belang van die organisatie. Dikwijls omringen zij zich met applaudisserende medewerkers, dulden zij geen kritiek, vervormen informatie die binnenkomt naar meer welgevallige berichten. Het is voor veel organisaties een regelrechte ramp wanneer een leider eigenlijk behept is me ernstige narcistische trekken. Besluiten zijn dikwijls gestoeld op slechte realiteitsoriëntatie en voeren een veel gevallen tot de ondergang van de organisatie.

 

Nu is er een samenspel tussen leiders en hun volgers. Iedere mens is een natuurverschijnsel dat naar overleven streeft. Dat betekent dat ieder een eigen manier van overleven heeft. In het algemeen kan worden gesteld dat naarmate een mens minder in staat is zijn of haar eigen koers te varen er meer afhankelijkheid van de buitenwereld is. Dat ‘geen eigen koers kunnen varen’ kan allerlei oorzaken hebben. Zo kan er sprake zijn van beperkte verstandelijke capaciteiten. Ook kunnen elementen spelen uit vroeger ervaringen die geleid hebben tot een grote afhankelijkheid van anderen. Eenvoudig voedselgebrek voert tot afhankelijkheid van degenen die voedsel kunnen geven. Er zijn nog veel meer oorzaken te benoemen. Wanneer een groep mensen overwegend genoemde kenmerken aan de dag legt is afhankelijkheid van een vorm van leiderschap groot. Goed leiderschap, in epicuristische zin, kenmerkt zich door handelingen bedoeld om ongemakken bij de volgers weg te nemen of te verminderen. Wanneer bij die volgers er directe levensbedreiging is, of overleven slechts mogelijk is binnen erg nauwe grenzen door onder meer economische afhankelijkheid, beperkt ontwikkeld zijn, onzekerheid over de toekomst, vermeend bedreigd voelen door anderen, dan is de kans groot dat men veel laat afhangen van één leider. In het gunstigste geval maakt deze leider toekomstig ongemak kleiner en bevordert zelfsturing bij zijn of har volgers. In het slechtste geval – en dit komt veel voor – zit de leider gevangen in een val van narcisme. Leiderschap staat niet ten dienst van de volgers maar van zelfbehoud van de leider. Dit uit zich bijvoorbeeld in mateloze zelfverrijking ten koste van de volgers, in zich omringen met dikwijls goedbetaald klapvee (meestal ook nog bewapend), in onderdrukking van mensen met kritiek. Dit zijn in het algemeen goed herkenbare en te traceren mechanismen. Het wordt ingewikkelder in de meer rijke, democratische organisatievormen, landen en gemeenschappen. Narcistisch leiderschap maakt zich meester van de media (tv, radio, pers) en ook de sociale media (zoals onder meer Facebook, Twitter). Dit heeft tot doel de volgers op die wijze te informeren zodat zij volger blijven. Legale oppositie wordt monddood gemaakt door allerlei beschuldigingen en in het ernstigste geval die als staatsgevaarlijk te typeren en dus te verbieden. Dit soort leiderschap kan uitmonden in het ondergraven van normale democratische processen.

Kijkend naar de wereld in deze tijd (2019) dan zijn in veel landen de beschreven ontwikkelingen aanwijsbaar. Het meest in het oog springend is Trump in de VS. Maar ook Duterte in de Filipijnen, Maduro in Venezuela. Er zijn nog meer plaatsen aan te wijzen. Ook op kleinere schaal binnen organisaties als ziekenhuizen of bedrijven heeft men met de beschreven ellende te kampen.

 

Om deze ontwikkelingen te voorkomen volgen een aantal aanbevelingen.

– Een kandidaat-leider moet zorgvuldig, het liefst door meerdere personen worden gescreend op persoonlijkheid.

– Een vrouwelijke leider gaat over het algemeen minder gebukt onder pathologisch narcisme.

– De organisatie, het instituut of land waarvoor een leider wordt gezocht dient bij voorkeur een proactieve cultuur te hebben in plaats van een reactieve cultuur. Binnen een proactieve organisatie zijn medewerkers bewust van hun eigen verantwoordelijkheid, nemen die verantwoordelijkheid en dragen actief bij aan waarde van de organisatie. Binnen en reactieve cultuur wijze medewerkers anderen, zoals de omgeving, de leidinggevenden, het weer aan als de oorzaak van problemen. Meestal is dit een warm bad voor een narcistisch leider omdat er klapvee te vinden is bij een bepaalde groep medewerkers die de pest heeft aan anderen.

– Leiders moeten een vooraf bepaalde termijn aanblijven en dan opstappen.

– Elk samenwerkingsverband krijgt de leider die het verdient. Met andere woorden: binnen elke cultuur past en bepaald type leider. Dit betekent dat de groep medewerkers zich regelmatig de spiegel moet voorhouden met betrekking tot reactieve en proactieve processen. Eigenlijk zou zoiets ook moeten gebeuren binnen landen. Veel geklaag over overheden is dikwijls terecht maar heeft ook een reactief ‘randje’. Dit is een lastig probleem binnen de achterban van politici.